WordReference kan deze exacte zin niet vertalen, maar als je op de afzonderlijke woorden klikt zie je de betekenis van deze woorden.

first person plural


  • WordReference
  • Definition
  • Synonyms
  • English Collocations
  • English Usage

WordReference English-Dutch Dictionary © 2025:

Voornaamste vertalingen
EngelsNederlands
person n (human being)persoon, mens nw de
  iemand vn, nw de
  individu nw het
 Which person are you talking about? The mother or the daughter?
person n (grammar) (grammatica)persoon nw de
 The third person singular of the present tense of "to be" is "is".
person n (body) (lichaam)persoon nw de
  lichaam nw het
 She doesn't like it when you touch her person.
person,
plural: persons,
people
n
(literature, theater: character) (theater, literatuur)persoon nw de
 The play is about five persons on a desert island.
  Ontbreekt er iets belangrijks? Meld fouten of geef suggesties voor verbeteringen.
Aanvullende vertalingen
EngelsNederlands
person n (philosophy: rational being) (filosofie)individu nw het
  persoon nw de
 A person differs from an animal or object in his or her ability to reason.
person n (law: natural person) (juridisch)natuurlijk persoon nw de
 All companies and persons are subject to the regulation.
person n (law: juristic person) (juridisch)rechtspersoon nw de
 All persons having anything to do with this case should remain in court.
  Ontbreekt er iets belangrijks? Meld fouten of geef suggesties voor verbeteringen.

WordReference English-Dutch Dictionary © 2025:

Overeenkomende vermeldingen van de andere kant van het woordenboek
Voornaamste vertalingen
NederlandsEngels
persoon nw de (menselijk wezen)person, individual n
  human being n
individu,
mv. individuen,
individu's
nw het
(ieder mens op zichzelf)individual n
  person n
persoon nw de (individuele eigenheid)person, individual n
persoon nw de (taalkunde: klasse van persoonlijke voornaamwoorden) (linguistics)person n
  Ontbreekt er iets belangrijks? Meld fouten of geef suggesties voor verbeteringen.
Aanvullende vertalingen
NederlandsEngels
persoon nw de (juridisch: menselijk wezen of organisatie)person, individual n
  Ontbreekt er iets belangrijks? Meld fouten of geef suggesties voor verbeteringen.
Samengestelde woorden:
NederlandsEngels
bejaarde nw de (oudere)senior citizen n
  (US)senior n
  elderly person n
  old person n
blanke nw de (blank persoon)white person n
dode nw de (dood iemand)dead person n
  deceased n
dove nw de (persoon: doof)deaf person n
farizeeër nw de (huichelaar)pharisee n
  self-righteous person n
  hypocrite n
gepensioneerde nw de (iem. die met pensioen is)pensioner n
  retired person n
  senior citizen n
gewonde nw de (persoon met letsel)wounded person, wounded n
  injured person, injured n
  casualty n
havik nw de figuurlijk (hebzuchtig mens)greedy person adj+n
  miser n
hoofdpersoon nw het (belangrijkste personage)leading figure, principal person n
  main character n
in eigen persoon bw (zelf, in persona)in person adv
  personally adv
in zichzelf gekeerd persoon bn+nw de (introvert persoon)introverted person n
kabouter nw de spreektaal; offensief (klein persoon) (offensive)midget n
  little person n
lekker stuk bn+nw het informeel (aantrekkelijk persoon) (slang)hottie n
  attractive person n
mug nw de figuurlijk, informeel (onbeduidend persoon)insignificant person adj+n
Nederlandstalige nw de (met Nederlands als moedertaal)Dutch-speaking person n
neger,
vr. negerin
nw de
 (US)African American n
  black person adj+n
  (offensive!)n***, negro n
  (UK, offensive!)coon n
onbekende nw de (niet gekend)stranger n
  unknown person n
ondervraagde nw de (door de politie enz.)person questioned, person heard n
  interviewee n
senior nw de (ouder persoon)senior n
  elder, elderly person n
veroordeelde nw de (schuldige en gestrafte)convict n
  condemned person n
werkloze nw de (iemand zonder werk)unemployed person, jobless person n
zelfstandige nw de (iem. met eigen zaak)self-employed person n
  entrepreneur n
zieke nw de (ziek persoon)sick person n
  patient n
zwerver nw de (landloper, dakloze)tramp, vagabond, vagrant, rover n
  (US)bum n
  homeless person n
  beggar n
  Ontbreekt er iets belangrijks? Meld fouten of geef suggesties voor verbeteringen.

WordReference English-Dutch Dictionary © 2025:

Samengestelde woorden:
EngelsNederlands
businessperson,
plural: businesspeople
n
(commercial executive)zakenman nw de
first person n (grammar: I, we)eerste persoonsvorm tw + nw
 The pronoun in that sentence is in the first person.
first person n as adj (narrative: in the first person)eerste persoon tw + nw
 The writer uses first person narrative throughout the entire novel.
in person adv (in real life, in the flesh)in persoon vz + nw
  in levende lijve uitdr.
 He was incredibly excited to see his favorite musician in person.
nonperson,
non-person
n
(person regarded as having no rights, person whose existence is not acknowledged) (genegeerd persoon)niemand nw de, ont.
person in charge n (manager)verantwoordelijke persoon bn + nw de
 The store clerk was rude to me, so I complained to the person in charge.
person in charge of [sth] n (manager of [sth])hoofdverantwoordelijke nw de
 To get access, you'll have to speak with the person in charge of security.
  Ontbreekt er iets belangrijks? Meld fouten of geef suggesties voor verbeteringen.

Forumdiscussies met de woorden "first person plural" in de titel:

  • Go to Preferences page and choose from different actions for taps or mouse clicks.

Professional English<>Dutch translators wanted.
Help build the WordReference.com English-Dutch dictionary.

Bekijk de machinevertaling van Google Translate van 'first person plural'.

In andere talen: Spaans | Frans | Italiaans | Portugees | Roemeens | Duits | Zweeds | Russisch | Pools | Tsjechisch | Grieks | Turks | Chinees | Japans | Koreaans | Arabisch

Advertenties
Advertenties
Meld een ongepaste advertentie.
WordReference.com
WORD OF THE DAY
GET THE DAILY EMAIL!